Ulaan Baatar

6 september 2011

We gaan kopje onder in de drukte van Ulaan Baatar. De stad is een mierenhoop van mensen, bussen en auto’s die ongeordend door elkaar heen krioelen. Achter het stuur komt het jachtinstinct bij de Mongoliër boven. Niets en niemand ontziend rijdt hij door de stad. Voetgangers zijn de insecten die je achteloos en niets vermoedend vertrapt bij je wandeling. We lopen, het leven in de stad opzuigend, door de straten zonder duidelijk doel. Toeval bepaalt ons beeld. Onze rust vinden we in een Pub/Restaurant in het Mongolian Art Centre. Onder het genot van een salami pizza en nippend aan ons bier, werken we Facebook, WhatsApp en de mail bij. Na NU.nl en Twitter ben ik bij. Maar het nieuws is pover, of ik heb zelfs daarvoor mijn interesse verloren. ’s Nachts is de stad uitgestorven. Ging het leven in St.Petersburg en Moskou 24 uur per dag door, hier in Ulaan Baatar, de hoofdstad van Mongolië, is de stad na middernacht naar bed. Na een dag van slenteren door de stad vallen we doodmoe even na tien uur in slaap. Het was koud vandaag: 15°. Gevoelstemperatuur lager: 10-12°. Er staat een koude wind. De dagen daarvoor was het tegen de 30°, volgens de overlevering. De temperatuursval is groot. Griep ligt dan ook op de loer. An voelt zich nog steeds gammel. Haar hoofd zit vol. Ze heeft het koud (ze voelt ook koud) en heeft rillingen. Geen prettige gedachte, maar we hopen het beste ervan. Een collega reizigster heeft diarree. Het kan dus nog erger.

7 september 2011

De monniken van het Gandantegchinlen klooster staan mobiel constant in verbinding met Boeddha. Tijdens de plechtigheden zijn ze één met hun mobieltje. Mobiel bellen tijdens het bidden is hier blijkbaar toegestaan. Stel je voor, een RK priester die tijdens de eucharistieviering een sms-je verzendt. De kerk,die met de tijd meegaat. Veel symboliek, gevouwen handen, voorhoofd tegen het altaar, kaarsen aansteken, wierrook, offreren van melk, fruit, draaien aan de gebedsmolens. De Boeddha is immens groot en staat! Uniek, nooit eerder gezien. We zien bruidjes met in hun gevolg mensen in traditionele klederdrachten. Na ampel beraad besluiten we in het postkantoor de laatste kaart, voor Karin, te kopen en te posten en nog even het Nationaal Museum mee te nemen. Een museum met twee gezichten. Een oninteressante verzameling potjes en scherven en boeiende tentoonstellingen over Dzjengis, onder wiens bevel en later onder dat van zijn zoon, in de 12e en 13e eeuw de wereld werd veroverd, en de geschiedenis van Mongolië in de vorige en deze eeuw. De overheersing door de Russen en de verzelfstandiging in 1990. Plots doet een bewaakster een rits van mijn rugzak dicht. Argwanend doe ik de rugzak af en controleer of alles er nog inzit. Mijn IPhone ontbreekt! Vergeten! Neen, de koker met mijn tweede bril ontbreekt ook. Ik voel me bescheten. Ik ben aangeslagen. Hoe is het mogelijk! In het museum hebben ze niets gezien of gemerkt. Ook niet op de monitors, die bedoeld zijn om hun spullen te bewaken. Gewapend met een wat ons is overkomen in het Mongools op een klein papiertje gaan we naar de politie. Na drie keer scheepsrecht staan we bij het goede kantoor. Tot ons groot geluk is er een Mongoolse gids met twee beroofde Belgen, die Nederlands spreekt. Hij helpt ons. Bij het tweede politiebureau kwamen we terecht in de opname van een politieserie. Pas toen alle shots geschoten waren, werden wij geholpen. In zeer gebrekkig Engels werden we opnieuw doorverwezen naar een speciaal op zakkenrollers ingesteld bureau, één straat achter de Russische Ambassade. Met de hulp van een verkeersagent vonden we het bureau. Een half uur later stonden we met formulier, met stempels, in het Mongools, buiten. Missie volbracht. Illusie armer en ontgoocheld. Het was inmiddels zo laat geworden dat we zijn gaan eten in de ons aanbevolen Italiaan. Prijzig, maar goed! Terug naar ons hotel Ovotel in het donker, met de hand op de knip en achterdochtig bij samenscholende jongeren. Onderweg kopen we nog een nieuw schrijfboek en Vodka. We houden er flink de pas in. Een uur later zijn we terug. Via Susan en WhatsApp hebben we mijn nummer laten blokkeren. Als slotakkoord pakken we onze koffers en rugzakken in. Het is half twaalf als we gaan slapen.

Ulaan Baatar – Datong