DAG 78, 25 april 2022
Niet over, maar door de Pyreneeën, zijn we getrokken. Heel even laat de zon verstek gaan, maar verder schijnt hij uitbundig. Voordat we de Pyreneeën inrijden zien we de gave bodegas van Sommos, architect Jaime Calvo Mateos, liggen waar op de meest geavanceerde wijze wijn wordt gemaakt. De druiven worden bijvoorbeeld ‘s nachts volautomatisch geoogst. Een leuke vondst.
Het is een schitterende tocht door het dal van de Rio Cinca en haar stuwmeren. Mooie uitzichten op de besneeuwde toppen van de Pyreneeën, het is puur genieten.
Het landschap, de huizen, alles verandert. Het is meer verzorgd, aangeharkt en doet weinig Spaans aan. Als we na Bielsa de tunnel uitkomen ligt er sneeuw. Een welkome afwisseling voor een gezin met jonge kinderen, die zich kostelijk vermaken in de sneeuw.
Wij hebben dan inmiddels al een traantje gelaten, Spanje ligt achter ons. Een unheimisch gevoel bekruipt ons, waarom blijven we nog niet wat langer ‘on the road’. Daar moeten we maar eens serieus over gaan nadenken. Werden in Spanje de tolautomaten ontmanteld, in Frankrijk nog niet hoor. Plotseling moeten we weer een ticket uit de automaat trekken, waar An niet echt bij kan, en afrekenen bij het verlaten van de snelweg, deze keer € 1,50 voor 35 km. We naderen Lourdes. Ons hotel ligt hartje centrum, bij de rivier, tegenover het Heiligdom. Morgen gaan we ons letterlijk en figuurlijk onderdompelen.
Wat we nu willen is een drankje en een hapje. In het centrum nemen we een wijntje en een biertje op een terras, voor € 10,50, en begrijpen dan ook gelijk weer, waarom we zo van Spanje zijn gaan houden.
DAG 79, 26 april 2022
De bezoekers aan Lourdes leven tussen hoop, vrees en geloof. Ze hopen dat het geloof hen sterkte, of zelfs genezing, geeft en tegelijkertijd vrezen ze God, die hen straft voor hun zonden. Het is aandoenlijk de zieken in hun karretjes te zien, in de open lucht onder de zon, opgesteld in een carré, voor de grot waarin Maria verscheen aan Bernadette, tijdens de mis die door liefst 3 kardinalen wordt geleid. De hele organisatie drijft op vrijwilligers, ouderen, herkenbaar aan een sjerp onder hun armen en nek, die de bezoekers in goede banen leiden. Jongeren, die de zieken in de karretjes voortduwen, bijgestaan door nonnen en ouderen, die je met in achtneming van de COVID regels wassen in, en met het geneeskrachtige water.
Aandoenlijk ja, omdat wij niet gelovig zijn, maar getuige zijn van oprecht geloof en hoop van deze mensen, die zich met volle overgave op de rituelen storten. Het maakt diepe indruk. We branden een kaars voor iedereen die ons lief is. Hans herinnert zich dat, toen hij hier 47 jaar terug was, in de grot tientallen, zo niet meer, krukken hingen, iets wat een onvergetelijke indruk achter liet. Gelovigen die na hun bezoek deze krukken niet meer nodig hadden. Nu zie je dat niet meer, zegt een vrijwilliger glimlachend, alleen ouderen als wij herinneren ons dat nog. Het is even omschakelen, maar beter zo. Die krukken gaven hoop die omsloeg in vrees, ondanks hun geloof, omdat ze niet genazen na hun bezoek aan Lourdes. Het bezoek gaf hen wel de kracht om hun lot te dragen, ze waren niet alleen. Er zijn veel mensen die de zieken en gebrekkigen willen helpen, ondersteunen. Jonge mensen die hun tijd opofferen om aan een betere wereld bij te dragen. Hun geloof geeft verbondenheid, ze horen ergens bij, zowel de zieken, de vrijwilligers als de bezoekers. Wij zijn gewassen, een ritueel dat, geleid door 2 nonnen, inspeelde op onze verbondenheid, wat wij voor elkaar betekenen. Een onuitwisbare belevenis. ‘s Middags lopen we de Kruisweg, 14 + 2 (het graf en de verrijzenis) tableaus.
Bij het eerste tableau gaan de mensen, zoals staat geschreven, op hun knieën de trap op. Een groep, onder leiding van een pater, legt in gebed en zang, de statie, tableau voor tableau, af. Anderen knielen bij elke statie en bidden met gevouwen handen. Ze geloven heel diep.
De immense, ondergrondse, betonnen, lege basiliek maakt indruk, maar nog verrassender waren de missen die bijgewoond en uitgevoerd werden door jongeren. Het slotakkoord was de processie vanavond, bij kaarslicht op het plein voor de basiliek. Onder gezang en gebeden, in het Frans, Italiaans, Engels en Nederlands, wordt met het verlichte beeld, gedragen door 4 mensen, een ronde gelopen. Achter het beeld en het kruis komen de zieken in hun karretjes, voortgeduwd door vrijwilligers, en daarachter de pelgrims.
Vannacht dachten we nog even dat het allemaal niet door zou gaan. Het brandalarm in ons hotel ging af. Bleek gelukkig vals alarm, één van de gasten had gerookt op zijn kamer. Twee jaar terug maakten wij hetzelfde mee in Lille, daar stond toen iedereen beneden in de hal. Hier bleef iedereen liggen, wij waren slechts met 4 mensen beneden in de hal, terwijl het hotel toch tjokvol zit. Blijkbaar hebben zij meer vertrouwen in Bernadette dan wij, ongelovigen. Want bekeerd zijn we niet. Natuurlijk zien we liever gelovigen in processie rondlopen en sluiten we ons bij hen aan, dan dat we naar de gevechten in Oekraïne op tv te kijken. Dring echter het geloof niet op, het is een vrije keuze, respecteer die keuze en laat dit principe ook leidend zijn in de wereld. Laat mensen in vrijheid, zonder onderdrukking, leven.
DAG 80, 27 april 2022
Voor ons doen zijn we vroeg vandaag, al tegen 8 uur lopen we de eetzaal in voor het ontbijt. De ober wijst ons een tafel aan waar we kunnen gaan zitten. Als we met ons blad met eten willen gaan zitten, maken we kennis met een heel ander soort ‘hospalité’ van Lourdes. Een oudere, slordig geklede man met zijn lange grijze haar in een staartje en zijn ongeschoren gezicht komt gelijk met ons aan en gaat zitten. Op zeer onvriendelijke toont wijst hij ons op het bordje van de organisatie waar hij deel van uit maakt, en op norse, dwingende wijze vertelt hij ons op te zouten. Alleen zit hij aan een tafel voor 4 personen. We staan paf, een hospalité, gastheer, van Lourdes met de zegen van Bernadette. Ja, het blijken ook gewoon mensen te zijn! Vrede op aarde, zullen we maar denken.
Om kwart over 9 rijden we weg, nog één keer door te smalle, steile straatjes met een haakse bocht. Even buiten de stad gaan we al snel de snelweg op en daar komt vandaag geen verandering meer in. Na 7 uur sturen, inclusief een stop voor koffie en een stop voor een broodje, om alvast weer te wennen aan de Nederlandse prijzen, zijn we het zat.
We stoppen in Blois, zo’n 60 km voorbij Tours en boeken een kamer in het formulehotel First Inn. Na het inchecken zitten we op het terras, in de zon, want de hele dag schijnt de zon, behalve als we Lourdes uitrijden. Het First Inn ligt aan de rand van de A10, omgeven door soortgelijke hotels, kantoren en La Boucherie, een verrassend goed restaurant waar om 7 uur de locals snel binnendruppelen. Omdat Onze Willem Alexander vandaag jarig is en ze in Frankrijk geen oranjetompoucen hebben, sluiten wij ons diner feestelijk af met een heerlijk toetje. Proost Willem Alexander en nog een fijne verjaardag verder. Morgen vervolgen we onze roadtrip, we gaan dan zo’n 200 km noordelijk. Het einde komt nu echt in zicht, Schiedam komt steeds dichter bij, maar misschien rijden we er gewoon aan voorbij, wie weet?
DAG 81, 28 april 2022
Het huis en de tuin van Monet. We vinden het in Giverny, een gehucht, gelegen in een dal met aan weerszijden beboste heuvels. Een lieflijk, ansichtkaart gehucht, niet meer dan een lint van huizen, gelegen aan één doorgaande weg. Nadat we de auto net buiten het dorp geparkeerd hebben is het tijd voor de lunch, een overheerlijke Franse baguette die we wegspoelen met een lekker wijntje. Dan gaan we naar het huis en de tuin van Monet. Het is er erg druk, het is file lopen. Opnieuw beseffen we hoe zalig het is in de winter en het vroege voorjaar op reis te gaan. We waren niet de enigen, maar konden wel alles op ons gemak bekijken en fotograferen. Dat is nu wel even anders.
Het huis van Monet is aardig, zijn werkkamer en de eetkamer met de keuken steken er bovenuit. De schilderijen zijn stuk voor stuk replica’s, geschilderd door amateurs. De tuin is prachtig, alles staat in bloei in prachtige, op kleur gesorteerde perken.
De beroemde lelies moeten nog boven water komen, helaas. We besluiten in Rouen te overnachten en boeken een hotel in het centrum van de stad. In afwachting van de halve finale, Feijenoord-Olympic Marseille, lopen we door de stad, dat een mooi, klein, overzichtelijk centrum heeft. Al snel belanden we op een terras en genieten in de late avondzon van de sangria en de wijn.
We slenteren verder de stad in langs de kerken, waaronder die van Jeanne d’Arc en de vakwerkhuizen. In het paleis van Justitie zijn de kogelgaten uit de 2e Wereldoorlog nog zichtbaar. Aan de voorkant heeft een kunstenaar de gaten opgevuld met fel gekleurde legostenen. De terrassen zitten vol, de eethuisjes lopen langzaam vol, er hangt een aangename sfeer. Wij laten ons verleiden door de choucroute brasseur en tegen 9 uur gaan we snel terug naar ons hotel. Als we afrekenen vraagt de barman verbaasd of we dan geen koffie meer willen. Als we uitleggen dat de halve finale zo begint lacht hij begrijpend en vraagt of we ook voor Marseille zijn. We vertellen dat we uit Rotterdam komen, waarop hij nog harder lacht en zegt dat het 2-0 voor Marseille gaat worden. Maar daar zat hij dan toch mooi naast!
DAG 82, 29 april 2022
Alles kan, niets moet, was ons motto van de afgelopen 82 dagen. En dan ineens is het over en hebben we weer verplichtingen. Natuurlijk is niet elke verplichting vervelend, maar toch, ineens moet er weer van alles. Ons bevalt het leven uit de koffer prima. Het appelleert aan een gevoel van vrijheid. Elke dag bepaal je de route en kun je die zelfs op het allerlaatste moment nog wijzigen.
Zo besluiten we vanmorgen impulsief naar Brugge te rijden voor de lunch. Een leuke, gezellige stad. Op Nu.nl lezen we dat de inflatie in april 11% bedraagt. Blijkbaar is de inflatie in België nog hoger! Voor een lullige uitsmijter op 2 kleine, dunne boterhammetjes, met ham en wat ijsbergsla moeten we € 15,50 betalen. Op de markt delen we nog een patat met mayo, voor de absurde prijs van € 5,60. We verlangen direct weer terug naar de Algarve en Andalusië. Zullen we omkeren? Overigens niet om te overwinteren. Het is er natuurlijk warmer dan in Nederland, maar zo heet dat je dagelijks in de zon kan bakken is het zelden. Het kan zomaar een maand regenen, en dan is zo’n betondorp, enclave, waar de meeste overwinteraars zitten, minstens zo geestdodend als bijvoorbeeld de flats in Schiedam Nieuwland, die rijp zijn voor de sloop. Maar dat is uiteraard onze mening. Wij verplaatsen ons altijd regelmatig, wandelen veel en houden van cultuur, zodat het weer een minder dominante rol speelt. Wij mijden de betondorpen, die je vooral langs de Spaanse Costa’s en aan de zuidzijde van Tenerife aantreft. Reizen in de winter en het vroege voorjaar heeft als cultuur liefhebber één groot voordeel, het is niet echt druk. Het aantal buitenlanders is beperkt en het zijn vooral de locals die opstap zijn. Kamperen bleek helaas alleen op Tenerife een succes. Verder was het te koud of te nat. Daar hadden we niet echt rekening mee gehouden. We hadden gedacht dat we vanaf eind maart langs de kust hadden kunnen kamperen. In het binnenland wisten we zo wie zo dat dat niet zou lukken, omdat de nachten daar nog te koud zijn dan. Dat klopte, want zelfs in de appartementen hadden we ‘s avonds vaak de kachel aan. Het binnenland van Tenerife, de Teide, de west- en de noordkust vonden we heel mooi, evenals Andalusië. De Algarve vonden we vriendelijk, maar, wat teleurstellend. De kust, de duinen of rotsen, zijn prachtig, het achterland aardig, maar meer ook niet. De Spaanse steden, zoals Córdoba, Sevilla, Granada, Murcia, zijn stuk voor stuk pareltjes, al stelde het Alhambra ons toch wel enigszins teleur. Aantrekkelijk in deze steden is de ‘couleur locale’, de sfeer die de locals zelf creëren. Het leukst zijn vaak de volkswijken met de ontelbare bars, waar je een café solo kan drinken, kan borrelen en tapas eten. ‘s Avonds komen deze wijken tot leven en je bent er meer dan welkom. Hoe anders dan de commerciële atmosfeer in Brugge, waar de toerist tot op het bot wordt uitgekleed. Spectaculair vonden we de natuur in de bergen. Daar hebben we heerlijk kunnen wandelen en genieten van de rust en de landelijke sfeer. In die omgeving vind je burchten en kastelen, die qua schaal niet kunnen wedijveren met het Alhambra, maar die je wel de kans geven je onder te dompelen in de tijd dat deze bewoond waren, en je fantasie ruim baan te geven. Maar dit is natuurlijk onze mening.
We kijken terug op een mooie tijd en verlangen nu al naar een volgende reis. Met opzet spreken we van reis, er zit een subtiel verschil tussen vakantie en reis. Op reis gedraag je je zoals thuis, je let op de kleintjes, alleen fysiek ben je elders. Je leeft uit je koffer en bent onbezorgd. Op vakantie geef je het wat makkelijker uit, maar begin je je, als je je net vrij voelt, al weer zorgen te maken wat thuis, privé of zakelijk je brengt. Het zit er dus voor nu weer even op, we hebben bijna 10.000 km gereden, maar nu moet er gewassen en schoongemaakt worden, thuis in Schiedam en in ons huisje in Oostvoorne, waar het gras ondertussen wel 2 kontjes hoog zal staan.