Weert – Born

3 mei 2007                                                                                                                                       Weert – Altweerterheide

We vertrekken rond 9 uur naar Limburg, een reis van bijna 2 uur. In Born, het eindpunt van onze 3-daagse wandeling, parkeren we de auto, nemen de bus naar Sittard, in Sittard de sneltrein via Roermond naar Weert, en vervolgens met de buurtbus  (we zijn de eerste klanten in drie dagen) naar de IJzeren Man, een zandafgraving waar we de laatste keer zijn geëindigd.                                                                                                                                              De IJzeren Man was oorspronkelijk het graafwerktuig dat werd ingezet om het zand af te graven dat gebruikt is bij de aanleg van de spoorlijn tussen Weert en Eindhoven. De IJzeren Man moet je niet verwarren met de IJzeren Rijn. In de laatste etappe hebben we deze spoorlijn gepasseerd, vlak voordat we het kanaal overstaken en we bij de Grote IJzeren Man zijn gestopt. De IJzeren Rijn is een spoorlijn buiten gebruik, die Antwerpen moest verbinden met het Ruhrgebied, het achterland van de Belgische haven nr. 1. De spoorlijn is thans actueel, omdat de Belgen de lijn weer in gebruik willen nemen en daarbij verwijzen naar de gesloten verdragen. De weerstand in Nederland is groot als gevolg van de hinder en de aantasting van de natuur. De spoorlijn zou dwars door een kwetsbaar natuurgebied “De Meinweg” gaan. De IJzeren Man zijn we ook tegengekomen in de buurt van ’s Hertogenbosch.                                                                                                                            We lopen door het natuurgebied tot aan de visvijver en buigen daarna scherp linksaf. Het is een mooi begin van de wandeling. De lucht is strakblauw en de temperatuur is aangenaam, net boven de 20°C. De natuur is mooi, de bomen staan vol in blad, de kastanjes bloeien, gras en kruiden schieten de grond uit. Het is droog, kurkdroog, het heeft al weken niet geregend. De boeren zijn aan het sproeien. Veel bos is aangeplant, zoals de Laurabossen, een dennenbos dat loopt tot aan de Belgische grens. Het hout werd in voorbije dagen gebruikt in de mijnen.                                                                                            Op de kruising van Heihuisweg/Diesterbaan zien we ons eerste kruis. Het kruis verwijst naar een Kapel waar de Heilige Anthonius wordt vereerd. Deze moest de boeren beschermen tegen alle mogelijk veeziekten.                                                                                  Na een relatief korte etappe bereiken we onze overnachtingsplaats. Een kamer met ontbijt. We kunnen fietsen lenen, waarmee we naar Tungelroy en Stamproy fietsen, waar we ook eten. Terug bij de “boer” vallen we uitgeput, ver voor 12 uur in slaap.

4 mei 2007                                                                                                                               Altweerterheide – Thorn

Vandaag voegt Rob zich bij ons. Hij komt uit Rotterdam en blijkt achteraf al in Thorn te zijn geweest, om zijn bagage achter te laten. Hij loopt twee dagen met ons mee, tot Born. De wandeling, ongeveer 20 kilometer, loopt afwisselend door ingeslapen dorpjes zoals Tungelroy, bos zoals Heijersbroek en akkers, meestal over onverharde paden en langs, dan wel door kleinschalige natuurgebieden zoals De Krang, bekend en beschermd om zijn rijke flora en fauna. In de dorpen valt niets te beleven, er zijn zelfs geen winkels. Bijna elk dorp heeft wel tenminste één café met feestzaal en/of snackbar, en natuurlijk een kerk. Het jaarlijkse hoogtepunt zal de verkiezing van Prins Carnaval en het opreden van de plaatselijke drumband zijn. De overige tijd zijn de dorpen in diepe rust, de jeugd moet zich hier toch levend begraven voelen. Maar de mensen zijn vriendelijk, met een zwaar accent zeggen ze gedag en staan je vriendelijk te woord. In Hunsel lopen we langs twee kruizen en rond de Jacobskerk, die helaas gesloten is, alleen de kleine kapel is open. Op het kerkplein drinken we de koffie die de “boerin” ons vanmorgen meegaf. Tegen 3 uur bereiken we het witte dorp Thorn. De verklaring voor de wit geschilderde huizen is simpel, belasting. De belasting werd geheven over het aantal ramen, welke dan ook werden dichtgemetseld en wit geschilderd. Een pittoresk dorp met centraal de Bedevaartskerk, die helaas dicht ging toen we deze wilden bezoeken. Het hotel is prettig, vriendelijke bediening en een goede kaart. We doen ons tegoed aan het witte goud, asperges met lamskoteletten, gekookte aardappelen en botersaus. Vooraf Limburgse mosterdsoep. Voor tienen liggen we op bed en valt de nacht.

5 mei 2007                                                                                                                                      Thorn – Born

We lopen door het Maasdal. Graslanden met houtwallen, omzoomd door populieren die reiken tot in de hemel en ruisen in de wind. Je waant je in een filmlandschap van Berlusconi en doet sterk denken aan de Po-vlakte. Il Novocnto, één van de mooiste, zo niet dé mooiste film ooit gemaakt. Het beeld wordt versterkt door de strakblauwe hemel en de flinke bries die er staat. Maar al snel worden we geconfronteerd met de oprukkende grint- en zandwinning, de Maasplassen in wording. We lopen langs de Maas in België, langs jachthavens en door plaatsjes met namen als Kessenich, Geistingen, Ophoven en Maaseik. Ter hoogte van Maaseik is de Maas niet meer bevaarbaar. De Grensmaas is een recreatiegebied dat zich sterk ontwikkelt.  Over de Maasbrug keren we terug in Nederland en lopen het natuurgebied in wording “De Rug “ in, ruig grasland begraasd door Przewalskipaarden,  fraai gelegen aan de meanderende Maas. Het water staat hier door de grote droogte van de afgelopen weken laag en stroomt snel. De scheepvaart vindt plaats op het Julianakanaal, die we vlak voor Born bereiken. Maar eerst lopen we door Visserweert, een kleine gemeenschap van oude huisjes die dicht op elkaar staan.  De sporen van de overstromingen van de dijk in de afgelopen decennia zijn duidelijk zichtbaar. Autoverkeer is niet toegestaan, waardoor het verstilde karakter wordt versterkt. Na Illikhoven slingeren we door laaggelegen akkers, weiden en langs natuurgebieden naar Papenhoven. Het is laaggelegen, buitendijks, wat wil zeggen buiten de winterdijk gelegen terrein dat bij hoog water wordt overstroomd en dan niet toegankelijk is. Vlak voor Born steken we via de sluizen, waar we het schutten van twee vrachtschepen en een plezierjacht volgen, het Julianakanaal over. Al snel bereiken we de auto.

Born – Visé (B)