David – Las Lajas – Panama

PANAMA

21 januari 2016                                                                                                                                    Uvita – David

Vol! Geen plaats! Dat is balen. We moeten wachten op de bus van 15:30 naar David (Panama). Het is nog geen 10 uur. Wat te doen? Terug naar het hotel lijkt geen alternatief. Naar het strand, ook geen reële optie. Dus blijven we maar hangen in en rond de gloednieuwe busterminal van Uvita. We kunnen onze bagage stallen bij een touroperator, 50 meter van de terminal. We doden onze tijd met puzzelen, tekenen, schrijven en lezen. De bussen rijden af en aan. Enkelen gaan naar David (Panama), anderen naar San José (Costa Rica). De reizigers lunchen in de terminal. Eerlijk gezegd vliegt de tijd. We doen inkopen voor Las Lajas, kopen een leuk item voor ons museum thuis en een portemonnee voor Velicia. We lunchen bij Sign, een alternatieve koffieshop op steenworp afstand van de busterminal. Om half 4 rijdt de bus de terminal in. De chauffeur verwacht ons. Onze bagage kan er al in. We moeten nog even wachten, even over 4 uur vertrekt de bus.

Tot mijn verbazing is de kustweg in Costa Rica breed, goed geasfalteerd en de doorgaande weg (Panamerican highway). De weg is mede-gefinancierd door de USA. In ruil kan de DEA controleren op de doorvoer van drugs. Ze zetten daarbij zwarte helikopers, zonder enig merkteken, in. We hebben, voordat we dit wisten, zo’n helikopter gezien. De reis verloopt voorspoedig, totdat we bij de grens zijn. Daar slaat de ongrijpbare bureaucratie weer toe. Eerst een stempel halen om Costa Rica te verlaten. Maar daarvoor moet eerst nog $ 14,–belasting betaald worden bij een busje, iets verderop. Daarna lopen we naar de Panamese douane. Daar moeten we $ 1,– betalen voor een vreemde zegel die in ons paspoort wordt geplakt. Waarom? De vraag blijft onbeantwoord. Langzaam lost de rij wachtenden voor ons op en zijn we aan de beurt. We krijgen een nieuwe stempel. Dan moeten we de bagage uit de bus pakken en worden we met zijn allen in een gekoelde kamer opgesloten. Formulieren moeten worden ingevuld. Een toespraak in het Spaans. Plots worden we naar buiten geleid, nadat we het formulier hebben ingevuld en afgegeven. De bagage kan weer in de bus. Verbaasd gaan we in de bus zitten. Het duurt zelfs niet meer zo lang of de bus rijdt ook.

We laten Carmen en Lee weten dat we in David zullen overnachten en pas morgen komen. Geen probleem! Voor de 3e keer nemen we intrek in Hotel Castillo.

22 januari 2016                                                                                                                                        Las Lajas

Net als het diner, is het ontbijt in Castillo goed. We staan laat op. Met de taxi rijden we naar de busterminal. Hier kiezen we, na wat heen en weer gepraat, voor de bus naar Las Lajas Playa, die om 10 voor 12 vertrekt. Tegen kwart voor 2 worden we voor de deur van ons B&B Journey, gerund door Carmen en Levah, President en CEO, afgezet.Twee jaar geleden waren we hier ook. Het weerzien is fijn en hartelijk, we worden door Lee ontvangen met de kreet ‘Hello my friends’ en Carmen komt ons later op het strand tegemoet lopen. Via Facebook hebben we contact gehouden.

’s Avonds eten we met zijn vieren, praten over van alles en nog wat, kleinkinderen, politiek, reizen etc. en genieten van de maaltijd, dit keer vooral van het toetje, gemaakt in een slow cooker.

’s Middags gaan we naar het strand en lunchen we eenvoudig, met wat kippenvleugeltjes en bruchettes, in het ons bekende Beach Hotel, waar we de Hollandse manager, die we ruim 7 weken geleden in de bus van Panama naar David ontmoetten, weer zien. We blijven op het strand totdat de zon onder is.

23 januari 2016                                                                                                                                        Las Lajas

Zon, water, zand, zonnen, lezen, tekenen, schrijven, puzzelen, wandelen, kortom …. een stranddag. Het is heet in de zon, uit de wind. Het zweet parelt van mijn voorhoofd. De zee brengt verkoeling, maar niet voor lang. Het water is eigenlijk te warm.

Ik probeer het surfboard van Lee uit. Het vereist oefening. Het ziet er niet uit.Tussen de middag eten we iets lichts, zodat we ’s avonds de maaltijd van Lee goed kunnen laten smaken.

Vanavond zijn we met zijn zessen. Een stel uit Maine, zij oorspronkelijk uit Alaska en hij uit Nieuw-Zeeland, schuift ook aan. Hij heeft veel humor, een plesante verteller. Verhalen uit de oude doos van toen hij nog een jonge vent was en met zijn motorfiets door Europa trok, een paspoort dat hij op de ferry over boord gooit, zodat hij een nieuwe krijgt met een visum voor opnieuw 2 jaar voor Groot Britannië. De truc was bekend en werd door heel wat avonturiers uitgehaald. De paddo’s die hij van de verkeerde menukaart in de coffeeshop bestelde en nog veel meer. Tot slot vertelt hij nog een leuk verhaal van deze vakantie. Onze disgenoten hebben een cooler. Hij spreekt een beetje Spaans. Het woord voor ijs is ‘hielo’, de ‘h’ wordt niet uitgesproken, maar wat hij ook probeert, geen ijs , totdat hij het met veel moeite aanwijst ………………………  Ja, dat zeg ik al 10 keer.

24 januari 2016                                                                                                                                       Las Lajas

Carmen neemt ons mee naar Isla Boca Brava, dat behoort tot de groep eilanden voor de kust van Chirique. Een waar eldorado voor zeevissers en zeilers rond de wereld door de beschutte ligging. Het is veel rustiger dan Bocas, maar minstens zo mooi. We nemen een watertaxi van het vasteland voor $ 3,– p.p. naar de aanlegsteiger van Hotel Boca Brava. Het hotel ligt hoog, ruim 70 treden omhoog, op een punt van een rots. Vanuit het restaurant heb je een magnifiek uitzicht. In het kraaiennest, bereikbaar via een steile trap, kan je 360° om je heen kijken. Het is een sprookjesachtige wereld. Op het water liggen zeilboten voor anker, varen bootjes voorbij en wordt er gekanood. We maken een wandeling over het dicht beboste eiland, terwijl de Howler monkeys boven ons brullen.

We moeten per persoon $ 5,– betalen voor de steiger en het overpad, maar als je in het hotel luncht, wordt dit bedrag in mindering gebracht op de rekening. Het hotel is recent overgenomen door een Amerikaan. Het doet de zaak geen goed. Tijdens de hike dalen we af naar een klein, idyllisch strand. We zien ook enkele tenten staan, verweerd en beschimmeld. De hitte, het vocht, tast alle materialen aan, ook het tentdoek. Lee en Carmen hebben daar ook last van. Ze moeten om de haverklap iets repareren. De pomp, de airco, de warm watervoorziening, ga zo maar door. De keerzijde van de medaille. In onze ogen weegt de zon, de zee, de warmte niet op tegen het gemis van cultuur en gestructureerde sociale contacten, zodat we de vraag van Carmen, of wij ons ook zoals zij, ergens ver weg willen vestigen ontkennend beantwoorden. Liever 3 maal per jaar aaneengesloten op reis. Zalig.

We zijn dan ook triest gestemd als we onze laatste coctails drinken, gezeten op de grote, hoge krukken van het Las Lajas Beach Hotel, terwijl de zon ondergaat. Na de excursie ’s ochtends nemen we afscheid van het strand. We duiken nog een laatste keer in de branding. ’s Avonds dineren we zalig met Lee en Carmen. De gesprekken zijn open en hebben diepgang. Voor elke maaltijd wordt de Heer bedankt. Het heeft iets vredigs en doet je beseffen hoe goed wij het hebben en dat we daar dankbaar voor moeten zijn.

25 januari 2016                                                                                                                                       Panama stad

De bus rijdt over de Centennial Bridge Panamastad binnen, waar we 8½ week geleden zijn begonnen. Links ligt Gamboa, rechts Panama stad. Onder ons varen containerschepen, op weg naar de Pacific. De bus rijdt langs het kanaal, dezelfde weg als de lokale bus van en naar Gamboa uit Panama stad. Even na 6 uur zijn we in de Allbrook Terminal. Het busknooppunt in Panama stad. Vanmorgen kochten we om iets voor 10 uur in San Felix 2 buskaartjes ($ 12,50 p.p.) naar Panama stad. Carmen heeft ons naar de bushalte gebracht. De eerstvolgende bus is vol, zodat we moeten wachten tot 12 uur. Het afscheid is emotioneel. We hebben afgesproken elkaar tenminste nog één keer te zien, hier of bij ons in Nederland. De ontvangst was weer gastvrij, de ontbijten en de diners uitstekend verzorgd en lekker. De gesprekken gingen steeds dieper. Over en weer lieten we meer van onszelf zien. Er werd veel en vaak gelachen. Het bezoek heeft gebracht wat we ervan verwacht hadden. Nadat we onze bagage hebben verzameld kopen we een kaartje voor de bus en metro, voor $ 2,– en laden dit met $ 1,– op. Een ritje kost $ 0,35 p.p. De vorige keer is ons niet opgevallen dat Panama stad ook een metro heeft. De metro is gloednieuw, schoon en strak. In de wagons is het koel. Als we instappen bij Allbrook is er voldoende plaats. Bij de eerstvolgende halte, Playa de Mayo, loopt de metro vol.

We stappen uit bij Ingelesia Del Carmen, de kathedraal recht tegenover ons Hotel Double Tree by Hilton, waar we voor 2 nachten een kamer hebben geboekt. Een waardig afscheid van onze reis door Midden-Amerika. Hoe sentimenteel we zijn blijkt later, op zoek naar een restaurant, het is al over 9 uur. Als een magneet worden we gezogen naar het restaurant, waar we exact 25 maanden geleden, op 1e kerstdag, de 25e december, ’s middags een liter sangria soldaat hebben gemaakt. Ook toen zaten we buiten. Om de herinnering vast te houden bestellen we nu ook een liter sangria en een maaltijd. Het bleek slechts 1 maaltijd met extra rijst en groente, maar ruim voldoende.

In de lobby van ons hotel werken we de social media en e-mail bij. Op de kamers moet je betalen voor WiFi, in de lobby is het gratis. Niet meer van deze tijd, evenals de inrichting van de kamer. Hiltonstyle jaren 70/80. Maar de kamer is groot, comfortabel en de bedden zijn heerlijk. Het meest waardeer ik de airco, die pas aanslaat als de temperatuur boven de ingestelde temperatuur komt. Overal blaast de airco onafgebroken door, welke instelling dan ook.

26 januari 2016                                                                                                                                        Panama stad

Vandaag komen we op plekjes waar we de vorige keer niet zijn geweest. Ons eerste doel is het Museo de Arte Contemporaneo. Het museum is gehuisvest in een gebouw uit begin 20e eeuw en telt 2 verdiepingen. Op de begane grond is er een tentoonstelling, geheel gewijd aan Alfredo Sinclair (1914-2014), een Panamese kunstenaar met een geheel eigen stijl. Boven is ook een film van hem, waar we leuke foto’s maken. Boven hangt kunst gemaakt door kinderen en volwassenen tijdens workshops, die het museum wekelijks enkele keren houdt. Een aanrader voor de Nederlandse Musea.

Na ons bezoek slenteren we door de stad, kopen een linnen tafelkleed met servetten en wat kleding voor Velicia.

Via de markt van lokale handwerklieden lopen we naar de vismarkt en de daarachter gelegen oude stad. De vismarkt levert schitterende plaatjes op. Ik eet verse vis, ingemaakt in het zuur, uit een klein plastic bekertje.

De oude stad, Casco Viejo, verandert langzaam in een yuppenparadijs. Maar de kathedraal Metropolitane is nog steeds gesloten en nog altijd niet gerenoveerd.

We drinken een biertje in een trendy kroeg, voor een trendy prijs. Het is warm. Over de Cinto Costera lopen we terug naar ons hotel. Ter hoogte van het park Urraca slaan we af de stad in, richting hotel. Onderweg lessen we onze dorst. In het hotel nemen we een duik in het zwembad. Daarna tekenen en kleuren we, tot het diner in ons ‘stam’ eetcafé Don Blas, porc chops met sangria! Buiten staat een man klanten naar binnen te lokken. Panama stad is een moderne stad met veel hoogbouw. De skyline is indrukwekkend. Daarachter bevindt zich veel armoe. Overal lopen mensen hun waren te venten. Het is ons een raadsel hoe ze van de opbrengst kunnen leven. De souvenirshops zijn blij met 1, 2 kopende klanten per dag. Ze worden gerund door Indianen. Tijdens onze wandeling lopen we langs armoedige, vervallen huizen en flats. Hele gezinnen, inclusief grootouders en kinderen van hun kinderen wonen op een beperkt aantal m2. De welvaart is slechts voorbehouden aan een dunne bovenlaag. De middenklasse groeit gestaag, maar de onderste klasse is omvangrijk. Vandaag proberen we ook enkele populaire drankjes uit, zoals geschaafd ijs met siroop en vanillesaus.

Morgen begint de terugreis. Onze laatste nacht in Panama. Het heeft weer veel meer gebracht dan we hadden gehoopt. Vanaf de eerste tot de laatste minuut hebben we genoten. We hebben het samen goed gehad. Geen onvertogen woord. Stiekem zijn we bezig met de planning van de volgende trip, 3 maanden dan. De vrijheid, de zorgeloosheid en het avontuur trekt. Zolang je geduld betracht en kleine tegenvallers, zoals langere wachttijden dan gehoopt of minder comfortabele kamers dan gewild, accepteert, schijnt voortdurend, niet alleen letterlijk maar ook figuurlijk, de zon.

27 januari 2016                                                                                                                                       Panama stad

Onze laatste dag in Midden-Amerika. Met een triest gevoel wordt ik wakker, ik heb slecht geslapen. Het is 8 uur. Ik zet koffie. De lange terugreis begint. We zouden vroeg ontbijten, maar dat lukt niet. Na het ontbijt pakken we in en slaan onze bagage op in het depot bij de frontdesk. Met de metro gaan we naar Playa de Mayo.

We lopen de Hoogstraat van Panama af. De kwaliteit verschilt niet, alleen hebben ze hier geen leegstand. Waarschijnlijk is er binnenkort weer een trekking, de salarissen zijn uitbetaald, want het wemelt van de lootjesverkopers. De loten gaan voor $ 1,– grif van de hand. Op een enkele winkel na, is alles goedkoop. De lommerd staat vol. Op straat staan venters. De duvel en zijn oude moer is te koop. Fruit, groente, sappen, rietsuiker, beltegoed, kammen, speelgoed, kleding, noem maar op. De oogst, een diadeem voor Velicia en een jurkje voor Zoë. Tegen 2 uur zijn we terug bij metrostation Inglesia del Carmen en lunchen we nog een laatste keer in onze stamkroeg.

Terug in het hotel verkleden we ons en met een taxi rijden we naar de luchthaven. Het licht floept aan. Nog minder dan 2 uur vliegen. Het ontbijt wordt uitgeserveerd. Een smakeloze hap, net als het diner, de ingedroogde pasta, van gisteravond. Ik heb nauwelijks geslapen. Ik heb 2 films gekeken en wat gelezen. Opgewonden? Neen. In de afgelopen weken ben ik nauwelijks bezig geweest met thuis. Het is onbewolkt. Het vliegtuig vliegt boven Wales, langs Londen, rechtstreeks aan op de Polderbaan. Het laatste uur verloopt vlot. De landing is perfect.

Bij de douane is wat oponthoud, maar onze bagage kunnen we direct van de band pakken. Met de Intercity Direct, die helaas niet erg snel is, en bus 54 rijden we naar huis. Het zit erop. Het is afgelopen. Het was in één woord fantastisch!