Phnom Penh

13 januari 2017

De stroom valt uit, net als ik me wil aankleden. Het ontbijt is op de 5e verdieping. Pff. Als we de laatste hap door onze keel hebben, schalt Abba luid uit de radio in de keuken. Ik loop naar beneden, ik ben wantrouwend. An is eigenwijs, neemt de lift en komt vast te zitten. Ik sta dan al beneden de rekening te voldoen en zie dat de lift op de 5e verdieping blijft hangen. Na 5 minuten weet ze zichzelf te bevrijden. Met de Mekong Delta Express gaan we naar Phnom Penh, Cambodja. Voordat we wegrijden deelt onze gids flesjes water en lunchpakketten uit. Daarna deelt hij de formulieren voor een visum voor Cambodja uit, neemt deze later weer in tegelijk met onze paspoorten en $ 35,- p.p., de kosten van het visum.

Bij de grens moeten we de bus uit en in een grote hal wachten we op verdere instructies. Hij maant ons naar voren te komen en laat ons onze paspoorten weer zien. We hebben een stempel dat we Vietnam op 13 januari 2017 hebben verlaten. We moeten de bus weer in, rijden een klein stukje en moeten er dan weer uit, wachtend totdat de gids komt opdagen met onze paspoorten met daarin het visum van de Koning van Cambodja. Na nog een foto, hand- en duimafdrukken en een stempel, zitten we een uur later weer in de bus, die ons even na 4 uur afzet in Phnom Penh. We tappen wat geld uit de muur en rijden met een Tuk Tuk naar het Diamond Palace Resort.

We eten zalig eten bij Mok Mony, maar nemen eerst nog een verfrissende duik in het zwembad op het dak.

14 januari 2017

Het is een lome, slome dag. Ook al zijn we vroeg wakker, we rommelen wat aan tot half 10 voordat we ontbijten. Vanuit ons hotel zien we midden in een sloppenwijk een tempel liggen,. Na het ontbijt lopen we daar als eerste heen. We kijken ongegeneerd bij de mensen naar binnen, die binnen- en buitenshuis rommelen in de marge. De ingang van de  tempel is kruip door sluip door. De binnenkant is grappig. Op de grond zit een vrouw pannen te poetsen. Een andere vrouw komt binnen met soep.

We draaien om en lopen naar het Onafhankelijkheidsmonument en treden een andere wereld, van strak, groot, groter en groots, binnen. Keurige gemaaide gazons, monumenten in Cambodjaanse stijl. Gelukkig zijn er nog de Tuk Tuk chauffeurs, anders zou je vergeten dat je in Cambodja bent en dat arm en rijk toch wel dichtbij elkaar liggen. We slenteren langs de rivierfront, aangelegd met hulp van de Japanners, zien de ponten af en aan varen en stuiten op een klein gebedshuis dat druk bezocht wordt. Bezoekers bidden, ontsteken wierook en laten mussen vrij, die aan de lopende band worden verkocht.

Het paleis is van 11 uur tot 2 uur gesloten, zodat we onze tijd doden met het bekijken van Frans georiënteerde winkeltjes met te dure kleding en prullaria. We drinken een koud sapje in een hippe, trendy bar, vol jongeren, die in de gekoelde ruimte hun huiswerk maken. Het paleis valt tegen. Je ziet er, en dan nog alleen van buiten, één zaal met de troon en daarboven kroonluchters. Filmen en fotograferen is verboden. Alleen voorbehouden aan de koning van Cambodja, dus ook geen selfie voor Willem Alexander tijdens zijn staatsbezoek. Het dak wordt gedragen door Cambodjaanse maagden. In de tuin zijn de graven van de voorvaderen en moeders van de koning. Een vrolijk gezicht hoor als je ’s morgens vroeg uit je raam kijkt en je het graf van je opa ziet. De koning is thuis, maar dat gedeelte van het paleis is hermetisch afgesloten.

Van het Paleis slenteren we naar de Zilveren Pagode, ook wel de pagode van de smaragden boeddha genoemd. Fotograferen en filmen is ook hier verboden. De smaragden boeddha is klein maar fijn en toornt hoog boven ons uit. Op de vloer liggen zilveren tegels van 1 kg per stuk. Daar bovenop liggen overal tapijten, maar enkele vierkante meters zijn vrijgemaakt. Het mooist zijn de, ten dele gerestaureerde, muurschilderingen in de galerij rond de pagode. De afbeeldingen leren ons veel van de geschiedenis van de Cambodjanen en de haar, van oudsher omringende volkeren. We staan nog niet buiten of de Tuk Tuk chauffeurs komen weer als vliegen op de stront op je af. We lopen iets door en nemen uiteindelijk toch een Tuk Tuk naar het hotel, waar we genieten van een verfrissende duik in het zwembad en een biertje. Als we willen gaan eten, barst een hevige regenbui los. We worden zeiknat, en ook het eten valt tegen. De koffie met cheesecake daarentegen smaakt goed.

15 januari 2017

Een intellectueel, Pol Pot, afgestudeerd in Frankrijk, raakt bezeten van één concept. Hij is in aanraking gekomen met de ideeën van Mao. In zijn thuisland tiert de corruptie welig. De oude Franse kolonie wordt van buitenaf bedreigd door het communisme uit Vietnam en China. Het militaire regime verdeelt en heerst. De Amerikanen bombarderen het platteland, waar de Vietcong zich zou ophouden. De ideale omstandigheden om je ideologie, Ankor, agrarisch socialisme, terug naar de basis en gelijkheid, te laten opbloeien. Hij formeerde een leger van jonge, ongeletterde boeren en veroverde Phnom Penh. Hij werd als bevrijder binnengehaald, maar amper 3 uur later startte de zuivering van Phnom Penh. Iedereen moest naar het platteland, de boeren, de intellectuelen en de kunstenaars. Ze werden opgepakt, verhoord, gemarteld en vermoord. In één dag was de euforie omgeslagen in een nachtmerrie, die bijna 4 jaar duurde en het land totaal ontwrichtte. Een vijfde van het Cambodjaanse volk vond de dood. Nog steeds likt Cambodja haar wonden. De processen tegen de nog levende leiders van de Rode Khmer zijn onlangs afgerond. Een volk in de ban van een autoritaire dictator. Niet voor het eerst in de geschiedenis, kijk maar naar Duitsland in de jaren 30, 40 van de vorige eeuw, of naar het Rusland van Poetin en het Turkije van Erdogan nu, waar zonder enige vorm van proces intellectuelen, ambtenaren, rechters en kunstenaars worden opgepakt voor vermeend lidmaatschap van de Güllenbeweging, die verantwoordelijk wordt gehouden voor de recente, mislukte omwenteling van het regime in Turkije. Dichter bij huis kennen wij ook politici die een ideologie hebben, die met alle ideologieën één ding gemeen heeft en dat is dat je mensen uitsluit om afkomst of geloof. Als je het Tuol Sleng Museum binnenkomt zegt de stem in de audiotour dat het museum ons moet leren het nooit te vergeten. De herinnering is ons cultureel erfgoed. Maar ook de stem twijfelt. Ik twijfel ook. Het museum is huiveringwekkend mooi. Het is klein, overzichtelijk, ontfloerst en door de audiotour onvergetelijk. Na afloop blijf ik verslagen zitten en pink ik een traan weg. Van binnen ben ik kwaad. Was Auschwitz even indrukwekkend, imponerend, ik was toen nog niet geboren, maar dat is mijn, onze geschiedenis. In 1975 studeerde ik. Ik leef nu in een land in een werelddeel dat uit elkaar valt door politici die in de kern dezelfde theorieën prediken als Pol Pot. Het draait allemaal om blinde macht. Macht onderdrukt, macht sluit uit, macht roept verzet op. De cirkel is rond.

Als we rondlopen op Choeung EK, Velden des doods, word je stil. Zoveel leed, zoveel kwaad, zoveel onbegrip. De kunstenaar Vann Nath, overlevende van Tuol Sling, sluit af met het antwoord op de vraag of je je zou kunnen verzetten tegen de ideologie van de partij. Je kan, zoals hij betoogt, altijd NEEN zeggen, trouw zijn aan je principes. Hij wilde het excuus bevel is bevel, ik had geen keus, dan ook niet meer horen. In deze uitspraak, van deze eenvoudige man, zit het antwoord op alle bedreigingen van onze democratie, vrijheid, besloten.

Sihanoukville