Papenveer – Amersfoort

Papenveer – Noorden                                                                                                               21 maart 2018

De dag van de gemeenteraadsverkiezingen. Ik stem op het station, links en groen. Vandaag een korte etappe. Niet alleen de politiek is versnipperd maar ook het openbaar vervoer. Met de RET gaan we naar het station, met de NS naar Leiden, met ARRIVA naar Ter Aar en met de buurtbus (alleen op werkdagen, en in het weekend van de buitenwereld afgesloten) naar Papenveer. Ter aanmoediging van de heilige koe, de auto. Lang leve het openbaar vervoer. We moeten creatiever worden. Met de auto naar het eindpunt en vervolgens met de elektrische fiets naar het beginpunt is wellicht een optie. Per slot van rekening hebben we nu een trekhaak en een fietsendrager. Ik bedenkt het pas als ik thuis ons dagboek bijwerk. Terug met gezwinde spoed met de bus vanuit het plaatsje met de vragen oproepende naam ‘Noorden’ naar Woerden om vanaf daar met de boemel naar via Rotterdam naar Schiedam te reizen. Een hele wereldreis dus. In Zuid-Oost Azië gaat dat een stuk gemakkelijker.

Het eerste stuk loopt gelijk op met het Pelgrimspad, over de dijk dwars door de golfbaan. Was er toen al een golfbaan? Na enig zoek- en speurwerk, komen we er achter dat we hier in 2006 hebben gelopen en dat de golfbaan na die tijd is aangelegd. Het aantal golfers in Nederland groeit exponentieel, want wie wil er nu niet bij horen? Voor de golfhype was het tennis. Wat komt hierna? Cricket? Welke, nu nog kleine sport, is elitair? Wandelen niet in ieder geval, want we zijn de enigen in het Groene Hart. We zien pa en ma gans met hun kroost, als bewijs dat de lente vandaag officieel begint. Na enkele kilometers geslingerd te hebben  buigen we af en lopen in een bijna, kaarsrechte lijn naar Zevenhoven, waar ik ooit in het kleine stadhuis voor de wet getrouwd ben. Na 15 jaar strandde het huwelijk. Misschien zou je nu verscheurd moeten worden door herinneringen, maar ik heb nergens last van, blijkbaar heeft het een plek gekregen.  De wandeling door de weidse polder is een tikkeltje saai. De dorpen waar we doorheen lopen zijn niet opwindend. Hoogtepunten zijn de passages op de dijk van de hekken die de langgerekte weilanden afschermen, iets dat ons vroeger overigens gemakkelijker afging, de vangst van een muskusrat in de vallen die gemarkeerd worden met feloranje vlaggetjes en de oude RET bus, die omgetoverd is tot ‘stembus’.

In het plaatsje Noorden, het noordelijkst puntje van de Nieuwkoopse Plassen, worden de natte landen, ontstaan na de veenwinning en begroeid met riet, gemaaid en afgebrand. Het vuur likt haar weg door het veld en verraadt zichzelf door de omhoog kringelende rook. Hoezo fijnstof. We zijn mooi op tijd voor de bus want anders hadden we een uur moeten wachten en dan had ik direct, zonder te kunnen eten, door moeten rijden naar Zoetermeer, waar ik voor de klas sta. Bridgeles voor beginners, Klaverencursus, lol.

Noorden – Breukelen                                                                                                               13 april 2018

Houden we het droog? Het zal erom spannen. De dag begint goed, de zon schijnt, maar naarmate de tijd voortschrijdt, wordt de lucht dreigender. We zijn er niet op gekleed. Geen regenjas, geen paraplu. Naïef? Anders kan je niet noemen, want onervaren zijn we toch ook niet meer. We hebben al duizenden kilometers  onder alle weersomstandigheden gewandeld, in binnen- en buitenland. We fietsen vanaf de carpoolplaats bij Breukelen naar het centrum van Noorden, waar we bij café De Klinker de fietsen aan de ketting leggen en een kop koffie drinken.

De bomen staan in bloei. Het mooist is de Magnolia. In de berm en langs de sloten bloeien de eerste planten, Hondsdraf, Speenkruid, Klein- en Groot Hoefblad, Dotterbloemen en Koolzaad. Het is voorjaar!

We wandelen terug naar Breukelen, langs rivieren en plassen ontstaan door de veenafgravingen, en laag gelegen, door leuke molens, waaronder de wipwater molen, bemaalde polders. We kijken uit over de rietvelden die de Groene Jonker omzomen. In het riet zingen de vogels hun lied. Op de paden staan met grote kijkers gewapende vogelaars soorten te scoren. Nooit zoveel vogelaars op zo’n kleine oppervlakte gezien. De Blauwborst blijft blijkbaar bijzonder. Het is niet het enige record dat vandaag gebroken wordt. Doorgaans komen we zelden wandelaars tegen die ook het pad volgen, maar vandaag slaat alles. We zien er maar liefst negen, één oploper en de rest tegemoetkomend, allen gewapend met boekje en rugzakje. Na passage van de kronkelende en door vrachtschepen bevaren de Kromme Mijdrecht, een zijarm van de Amstel in Woerdens Verlaat waar een beton- en zaadhandel is gevestigd, wandelen we langs de provinciale weg op het fietspad, een saai stuk.

Gelukkig buigt het pad af bij het fraai vormgegeven poldergemaal Dooijersluis en volgt het  de dijk langs de Bijleveld en wordt het zelfs spannend als we met een pontje, dat jezelf moet bedienen, naar de overkant moeten. Vandaar lopen we in een rechte lijn naar de carpoolplaats, evenwijdig aan de provinciale weg. In de verte ligt de A2. Het verkeer staat stil op deze 5-baans autostrada tussen Utrecht en Amsterdam. We hebben het droog gehouden en goed doorgelopen, meer dan 4 kilometer per uur, wat voor ons doen heel netjes is. Per slot van rekening moet je toch af toe stoppen voor een foto en een plas, twee noodzakelijke dingen. Als we aangekomen zijn breekt een flets zonnetje door.

We pikken de fietsen op bij De Klinker en eten een hapje in dit sfeervolle dorpscafé, waar vijf mannen aan een tafel het klassieke, in ongebruik rakende kaartspel ‘Boonhaken’ spelen, onder het genot van een flink potje bier. Na de koffie gaan we huiswaarts en na een warme douche en Flikken Maastricht gaan we moe en voldaan naar bed. Morgen naar ‘t Gors. Tuinieren.

Breukelen – Hollandsche Rading                                                                                          27 april 2018

Een flets, oranje zonnetje schijnt als we onze lunch verorberen op een hardhouten bankje gemaakt tussen roestbruine, schuin uit de grond stekende, asperges. Een mooi ontwerp.  De stalen asperges moesten de oprukkende, gemotoriseerde vijand tegen houden. We kijken uit over de Bethunepolder, met in onze rug de Loosdrechtse Plassen. De polder is vernoemd naar een Belgische Markies, die tevergeefs geprobeerd heeft de polder droog te leggen. Het werk is pas na zijn dood voltooid door het Waterwinningsbedrijf Amsterdam, dat nu ‘Waternet’ heet. Op het nest op een houten paal broedt een ooievaar. Boven het land cirkelt een buizerd op zoek naar een prooi. Rechts ligt het Fort bij Tienhoven, onderdeel van de Utrechtse Waterlinie.

In Breukelen zijn we uitgestapt, het druk bevaren Amsterdam Rijnkanaal overgestoken, terwijl de in oranje uitgedoste jeugd ons op de fiets tegemoet komt, op weg naar de Koningsfeesten in Utrecht. Wij proosten op Willem met een kop koffie, een oranjetompoes en soes, in het kleine, historische centrum van Breukelen. We steken de Vecht over en passeren Ridderhofstad Gunterstein, gelegen aan de rand van het landgoed met de gelijkluidende naam. Na enkele honderden meters slaan we links af en over een gammele brug betreden we een smal, dichtbegroeid en avontuurlijk pad, dat door het landgoed naar het Waterleiding kanaal loopt, die, zoals haar naam al doet vermoeden, het water dat opwelt in de Bethunepolder brengt naar Amsterdam voert.

De wandeling is een aanrader. Een mooie dagtocht van iets meer dan 16 kilometer, van treinstation naar treinstation. Het eindpunt is Hollandsche Rading, de grens (‘rading’) met Holland. Eeuwenlang betwist door de graven van Holland en de bisschoppen van Utrecht. Het is nog niet zo lang geleden dat in onze Westerse wereld nog ‘in naam van God’ oorlog werd gevoerd. Scheiding van kerk en staat is pas van de vorige eeuw. Maar tot op vandaag de dag zijn veel politieke stromingen gebaseerd op geloof. Wat dat betekent weten we maar al te goed en mogelijk maken we ons daarom zo druk over de oprukkende islam. De geschiedenis heeft haar sporen achtergelaten in het landschap. De Waterlinie, die Utrecht moest beschermen tegen de vijand, door het land onder water te zetten zodat de vijand zou  vastlopen in de modder van de onder water staande polders. De strijd tussen het Bisdom en de Staten van Holland, de strijd om land terug te winnen op het water door te polderen en de zucht naar brandstof, het veen. Het land wordt beheerd door Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en het Waterschap. De laatste werkt aan het omvangrijke, met Europees geld gefinancierd  natuurbouw project Oostelijke Binnenpolder van Tienhoven. De polder wordt natter, plas dras zoals dat zo mooi heet, polders met natuurlijke oevers. In de polder broedt de Kievit. Met veel lawaai schrikt ze ongenode gasten af. Verderop grazen grauwe ganzen. Een plaag in de Nederlandse polders. Ze verdringen andere soorten. Waarom wordt er niet massaal op deze ganzen gejaagd? Spelen hier ook valse argumenten, zoals bij de Oostvaardersplassen, een rol? Als de natuur zichzelf niet reguleert als gevolg van verstoring van het evenwicht door de mens, heeft diezelfde mens de plicht in te grijpen en zijn sentimenten uit den boze. Het dierenrijk, waartoe wij behoren, kent geen mededogen. Eten of gegeten worden.

We lopen, na de molen de Trouwe Wachter te zijn gepasseerd, nagenoeg in één rechte lijn naar Hollandsche Rading, langs het kanaal dat nooit afkwam, omdat de ingenieurs letterlijk vastliepen in het zand van in de laatste IJstijd, 100.000 tot 130.000 jaar geleden, gevormde stuwwallen. Blijkbaar was bezuinigd op het bodemonderzoek. Helemaal droog houden we het niet vandaag. Ter hoogte van de eendenkooi Tienhoven begint het te spetteren. We steken onze plu’s op en trekken onze windjasjes aan. Op het laatst schijnt de zon gelukkig weer.

Een fijne dag die eindigt in Utrecht, waar we even rondkijken in het centrum hoe vandaag de verjaardag van Willem Alexander daar wordt gevierd.

Hollandse Rading – Amersfoort                                                                                              19 mei 2018

Eenmaal over het spoor en onder de A27 door lopen we direct het Maartensdijksche Bosch in. De route valt voor een klein gedeelte samen met het Utrechtpad. Het pad staat min of meer haaks op de lange, oude ontwaterde veenkavels met een lengte van zo’n 1250 meter en een breedte van 100 meter. Door de inklinking van het veen ging de oorspronkelijke functie landbouw verloren en maakte plaats voor veeteelt. Nu is het gebied niet meer nat, maar door de verbeterde afvoer van water en het overmatige gebruik van water in de landbouw, eerder te droog.  De Utrechtse Heuvelrug verdroogt. Een reddingsplan is in uitvoering. Bij Eyckenstein lopen we de Ridderoordsche bossen in. Het landgoed, gesticht door Eyck is nu in bezit van een adellijke familie. Rechts van het pad ligt Berg en Bosch, één van de tbc-sanatoria  van Nederland. Op de landgoederen staan grote rododendrons, die in deze tijd mooi paars kleuren. We zien ook veel zaailingen met fris groen. We lopen ook langs een kruis ter nagedachtenis aan hen die bij het verscheiden van de oorlog, in april 1945 nog zijn terechtgesteld voor hun verzetswerk. Het sanatorium in Bilthoven werd gebouwd in 1932-1933, in opdracht van de Katholieke Arbeidersbeweging. In juli 1933 werd het in gebruik genomen. Er konden 400 tbc-patiënten verpleegd worden. De verzorging geschiedde door zusters Dominicanessen, die ook op het terrein woonden. In de werkplaatsen van het sanatorium werd onder andere het speelgoed gemaakt. Met de productie van dit speelgoed werden de patiënten voorbereid op terugkeer in de maatschappij. In 1962 werd vanuit het sanatorium/ziekenhuis de Berg en Bosch-school gesticht. De school was tot de jaren negentig een school annex herstellingsoord voor langdurig zieke kinderen. Later kwam er ook een astmacentrum bij. Toen het onderwijs aan zieke kinderen werd beëindigd werd de school onderwijsvoorziening voor kinderen met een vorm van autisme. Op de school wordt zowel basisonderwijs als voortgezet onderwijs gegeven. Het pad loopt ten noorden van Bilthoven, we passeren de N234 naar Bilthoven en lopen langs een golfbaan. In de bossen ligt verscholen de Willem Arntsz hoeve, een voormalig psychiatrisch zorgcomplex. Van de bebouwing van dit ‘Buitengesticht’ is het grootste deel nog aanwezig. Vroeger waren dit woeste gronden, met veel hei, die in de loop der jaren in cultuur zijn gebracht.  We naderen de Soester Duinen, een natuurgebied in de gemeente Soest. Dit gebied, dat zich kenmerkt door omvangrijke zandverstuivingen, dat uit heideterreinen en bossen bestaat, vormt een deel van de noordelijke rand van de Utrechtse Heuvelrug. Het loopt zwaar in het rulle zand. Het gebied wordt in de literatuur meestal officieel aangeduid als ‘De Lange Duinen en de Korte Duinen’. Het pad slingert door de Korte Duinen naar Amersfoort. Vlak voor Amersfoort zien we door het kreupelhout en de afrastering de trein rijden en later het dierenpark liggen. Het is druk vandaag, mooi weer, veel kinderen. Door een wijk van klassieke villa’s gebouwd tussen de twee wereldoorlogen bereiken we de voorzijde van het station.

Achterveld (Amersfoort) – Kootwijk