Mariel – Viñales

5 januari 2014                                                                                                                          Cabañes   

Vroeg in de morgen schrik ik wakker. Heb ik mij verslapen? Nee, het is pas 2 uur. Ik zet alsnog de wekker en val weer in slaap. Ik word regelmatig wakker, niets bijzonders, komt elke nacht voor, maar val meestal weer snel in een dromerige slaap. An is vroeg wakker en leest. Om half 8 loopt de wekker af, ik heb het niet gehoord. We douchen, kleden ons aan, doen de laatste spullen in de koffer en gaan ontbijten. Ditmaal geen eieren, maar pancakes met kaas en toast met marmelade. Om half 10 rijdt de taxi voor. De rit naar de luchthaven verloopt vlot. We sluiten aan bij een lange rij om in te checken. Voetje voor voetje schuifelen we naar de balie. We hebben alle tijd. Het is half 11. Het vliegtuig vertrekt om 12:05. De douane en de controle van de handbagage gaat snel. Voordat we boarden drinken we snel nog een espresso.

Het vliegtuig is half vol en vertrekt op tijd. De vlucht verloopt vlot. We vliegen over Panama, de Caribische Zee, rechtstreeks naar Cuba. Het is gemakkelijker Cuba in te komen dan de USA. De controle gaat vlot. We huren een auto (MG) en wisselen geld. Als we willen wegrijden, blijkt dat ik de achterklep van de auto niet heb dicht gedaan, waarop we door Cubanen in een VW busje breed lachend en toeterend op worden gewezen. Bij het wegrijden rijdt An een klein parkje in, dat de nodige hilariteit veroorzaakt bij de in het parkje rondhangende Cubanen. Nog maar net op weg wijst een chauffeur van de naast ons bij het stoplicht staande auto naar onze voorklep, die, zoals later blijkt, open staat. We volgen de summiere aanwbaans snelweg, de A1, naar Mariel. Op de meest linkse rijstrook rijdt een fietser, mensen steken op hun gemak de snelweg over, op de rechterbaan rijdt een paard en wagen, lifters staan half op de eerste rijstrook. Bij afslag Mariel verlaten we de A1. Mariel is het startpunt van een in ons reisboek aanbevolen route. In Mariel cirkelen we tevergeefs rond op zoek naar een hospedaje. De enige die we vinden zit vol. We rijden door over de aanbevolen route. De zon staat hinderlijk laag bij het rijden en is een teken dat we snel onderdak moeten zien te vinden, anders moeten we in het donker over plattelandswegen rijden met kuilen zo diep dat je er tot je assen in kan verdwijnen. Soms rijden we stapvoets en benutten we de volle breedte van de weg, om kuilen zoveel mogelijk te ontwijken. In Cabañes vraag ik een oudere, vriendelijke pompbediende of hij een hospedaje weet. Hij pakt zijn portemonnee, tovert een visitekaartje tevoorschijn en geeft een teken dat hij gaat bellen. Even later keert hij terug en legt met handen en voeten aan ons uit dat we even moeten wachten. We worden opgehaald door een tractor. Volgzaam rijden we daar achteraan. Na enkele keren te zijn afgeslagen, rijden we het hek van Villa Luis Montesino in. Er is een heel ontvangstcomité. Twee mannen zijn bezig de koplampen van een prachtige oude Chevy te repareren. We moeten nog een uur op onze kamer wachten. Waarom? Dat blijft onduidelijk.

Het is een schone kamer, met badkamer. De airco loeit dat het een lieve lust is. De buitentemperatuur is aangenaam koel. An vindt het zelfs frisjes. Even later krijgen we een maaltijd voorgeschoteld van aardappelsoep, Dorado, aardappelpuree, rijst, een tomatensalade met ui en komkommer en pudim flan toe. Smaakvol, maar we hadden ook wel flink trek gekregen. Hoeveel mensen in de villa echt wonen is onduidelijk. Nu wachten we op de koffie. Drank wordt niet geschonken. We raken nog van de alcohol af, zo weinig drinken we. Morgen weer een nieuwe dag. Ik was toch een beetje ongerust dat we onze eerste nacht in Cuba in de auto moesten doorbrengen. Het is echt zo anders dan in Nederland of in Panama. Als je oude auto’s uit de jaren 50 en de gele Nederlandse bussen van Hermes (Leeuwen) ziet rijden, besef je dat alle beelden die ons thuis hebben bereikt werkelijkheid zijn en mogelijk nog overtroffen worden. Wat een land, wat een mensen.

6 januari 2014                                                                                                                                           Cabañes – Viñales

Onze eerste nacht in Cuba slaap ik goed.  Rond 6 uur staan onze huisgenoten op. Vanaf dat moment horen we steeds meer stemmen, even later zelfs muziek. De douche is koud. An volstaat met een poedelpartijtje, ik speel de held. Voor het ontbijt controleren we nog even de auto. Gisteravond, na aankomst liep het reservoir voor de koelvloeistof van de airco over. REX had tot meer dan toegestaan bijgevuld. Geen paniek dus. Het ontbijt is gezond en voedzaam, eieren, toast, fruit, koffie en vers ananassap. Na de gebruikelijke fotosessie rijden we behoedzaam achteruit weg uit de villa en Cabañes. We gaan op weg naar Viñales, met een omweg via Las Terrazas. We vergapen ons aan de mensen, hun huizen, hun vervoermiddelen en het feit dat overal waar je ook kijkt, bij elk huis, wel één of meer mensen nutteloos rondhangen. Een enkeling werkt slechts. De mensen verplaatsen zich in oude afgedankte bussen, waaronder een gele stadsbus van de Connexxion, die volgens het bord boven de bestuurderscabine naar onze kleindochter Velicia in Spijkenisse gaat. Verwarrend deze valse hoop.

Met de gekste vervoersmiddelen, ossenwagen, paard, muilezel, paard en wagen, open laadbakken van vrachtauto’s, laadkleppen van sjovels, fietsen, zijspannen, motoren en auto’s van vóór de revolutie en zelfs een bokkenwagen, verplaatst men zich. We zien ook veel lifters, maar onsympathiek laten we die staan, omdat we geen risico willen lopen met onze huurauto. De omgeving is prachtig en wordt, naarmate we dichter bij Viñales komen, steeds spannender. ’s Ochtends rijden we naar Las Terrazas in de Sierra del Rosario Reserva de la Biosfera, die hun naam eer aan doen. Een merkwaardige verzameling huizen en een flat die zich over een flinke lengte uitstrekt in overeenkomstig huisstijl. Bij Café de Maria drinken we heerlijke espresso’s. We slenteren door het dorpje en bekijken enkele boetiekjes met kunstuitingen.

We rijden door naar de Baños Del San Juan. Het is teveel moeite om onze zwemkleding uit onze koffer te vissen, anders hadden we een duik genomen. Na de lunch rijden we terug.

Onderweg zien we rijstvelden. Een koppel ossen ploegt staande tot hun in knieën in het water een veld.

In La Palma rijden we verkeerd. Tot 3 keer toe vragen we of dit de weg is naar San Vicente en iedere keer wordt instemmend geknikt en in de richting gewezen waarin wij rijden. Desondanks groeit de twijfel, omdat de kwaliteit van de weg abominabel is en we dicht langs de bergen rijden. Na eindeloos sturen, remmen, schakelen en optrekken bereiken we, het is inmiddels gaan regenen, de weg naar Viñales. Alle twijfel wordt weggenomen. We zaten goed fout! De weg is nu aanzienlijk beter van kwaliteit en ook drukker. Vrij snel zijn we in Viñales. Als we bij een toeristeninformatiecentrum willen gaan vragen naar overnachtingsmogelijkheden, worden we aangesproken door een jonge vrouw. Of we een kamer zoeken? Haar zus verhuurt een mooie kamer, 20 CUC, voor ons beiden inclusief ontbijt. Ze stapt in de auto en wijst ons de weg. Ze laat An de kamer zien. De kamer is prima.

Op aanwijzingen van de vrouw parkeer ik de auto verderop, betaal 3 CUC voor toezicht, haal de auto leeg en sla een kruis. Of we ook willen eten, pollo, porc of langoustine? Ik neem de kreeft, An de porc. Inmiddels stortregent het. De wegen veranderen in rivieren. We gaan er even op uit om shampoo, rum en een sapje te scoren. Uren later regent het nog. We nemen een warme douche, An is verrukt. Na het eten, terug op onze kamer, valt An bijna onmiddellijk in slaap. Sturen maakt blijkbaar moe, of is het volledige ontspanning? Morgen ontbijt om 8 uur. De auto moet om 9 uur weg zijn, tenzij we opnieuw 3 CUC betalen. Het programma voor morgen is onzeker, dat hangt van het weer af. Bij goed weer blijven we hier waarschijnlijk nog één nacht. Het is nu half 10, buiten waait het stevig en het regent nog steeds. Een half uur later zijn overal de deuren en luiken gesloten. De Cubaan slaapt, ze moeten morgen weer vroeg op.

Viñales – Trinidad