BERLIJN (2016)

4 april 2016                                                                                                                                          Charlottenburg-Schöneberg

Even over half 11 ’s avonds landt de prijsvechter Easy Jet op luchthaven Berlin Schönefeld. De luchthaven is uit haar krachten gegroeid, verwaarloosd, in afwachting nog van de omstreden nieuwe luchthaven Willy Brandt, die Schönefeld en Berlin Tegel moet gaan vervangen. De planning en de kosten van dat vliegveld lopen fors uit de hand. Waar zien we dat meer? Recht tegenover de luchthaven ligt Bahnhof Schönefeld. De C en F branden niet. Het verval slaat toe. De snelle trein rijdt niet meer. We zijn aangewezen op de metro.

We moeten 2 keer overstappen. De 2e keer van de S-Bahn op de U-Bahn. Op straat lopen flessen bier drinkende jongeren en daklozen, veel , heel veel daklozen. Het maakt een lugubere, onheilspellende indruk. We stappen uit op Wittenberg Platz. Een mooi, klassiek station, midden op een, op dit tijdstip, verlaten plein. Ons hotel ligt om de hoek, te midden van tientallen andere hotels. Het inchecken verloopt vlot. Met een borrel ga ik naar bed. Om half 2 doe ik het licht uit, An slaapt al.

5 april 2016                                                                                                                                               Friedrichshain & Kreuzberg

Het is laat, half 10, als we opstaan. We hebben blijkbaar een kamer zonder ontbijt geboekt. Op de Wittenberg Platz drinken we koffie met een appelkoek. In het station kopen we een 7-dagen kaart. Op het menu staat Friedrichshain, een wijk in voormalig Oost-Berlijn, DDR. Op de Karl Marx Allee proef je de sfeer van die tijd. Achter de grote pompeuze gevels ging de armoe schuil.

Voordat de muur viel reden hier verouderde trams en enkele Trabantjes op de brede avenues. Vandaag de dag straalt de Oostblok architectuur grandeur uit met veel ruimte voor de fietser en de voetganger om te flaneren. Helaas was de Oost-Duitse cultuur niet van dien aard dat er geflaneerd werd. De wijk is nu alternatief, vol cafés, koffiebars, eethuisjes en restaurants voor veganisten. Op straat veel jongeren. De meeste in het zwart gekleed, met baarden of alternatieve kapsels. Veel tattoos. Regelmatig zie je ook exotisch geklede personages. Populair zijn vinyl langspeelplaten en vintagekleding. De lucht is opengebroken. We slenteren door de wijk, winkel in, winkel uit.

We vergapen ons aan de RAW-tempel, totdat we de Spree en East Side Park bereiken. Hier staat nog zo’n 200 meter muur, aan de oostzijde beschilderd door kunstenaars uit de diverse landen. De muur en de kunst worden beschermd door een hek. Niets is veilig voor de hedendaagse toerist.

Over de Oberbaumbrücke trekken we de wijk Kreuzberg in. De wijk is een multicultureel vat van rassen. Veel turken, maar nog meer alternatieve jongeren en verdwaalde yuppen en dinky’s. Op straat is het gezellig druk. Rond OD36 hangen veel punkers. Punk is in Berlijn nog in. We drinken bier, wijn en eten tapas voor het open raam met uitzicht op de Oranjestrasse. Met de dubbeldekker rijden we terug naar het hotel. Het openbaar vervoer in Berlijn is goed verzorgd. Vandaag gaan we vroeg naar bed.

6 april 2016                                                                                                                                              Preuzlauer Berg

De zon priemt in de kamer. Het is half 9. Blijkbaar waren we moe. Met de U-Bahn rijden we naar Rosenthaler Platz. Prenzlauerberg verschilt van Friedrichtshain en Kreuzberg. Minder alternatief. Minder graffiti. Wel veel alternatieve, bijzondere winkels. Ontbijten doen we bij Galão, Portugees voor koffie met melk. Vandaar slenteren we door de wijk die vrolijker en beschaafder oogt dan de wijken van gisteren. De kleding die verkocht wordt is ook minder extreem. Rond het middaguur betrekt de lucht. Even na 1 uur regent het. We vluchten Anna Blume in voor de lunch. De val van de muur veroorzaakte een euforie. Het markeerde het einde van de koude oorlog. Toeristen bezoeken massaal de restanten van de muur, zoals Checkpoint Charley en Lower East Side. Wij worden omringd door fietstoeristen met hun gidsen. Uit alle landen komen zij. Nieuwsgierig kijken ze naar de relikwieën en luisteren ontzet naar de veelzeggende toelichting van hun gidsen. Terwijl hier de euforie nog voelbaar is, bouwen we elders muren, de Amerikanen aan de grens met Mexico, de Joden aan de grens met Palestina, de Hongaren aan de grens met Macedonië, etc. Eenmaal thuis na een bezoek aan Berlijn, is men de herinnering daaraan al gauw weer vergeten en vindt men dat in hun geval ook sprake is van een andere, onvergelijkbare situatie. Maar diep in hun hart weten ze wel beter. Ze zijn bang voor het onbekende, ze verzetten zich met man en macht tegen verandering. Berlijn is veranderd. Het Arische ras waar Hitler en de zijnen zo dol op waren, is in Berlijn ver te zoeken. De rassen vermengen zich. Het blond maakt plaats voor peper en zout. De jeugd heeft de stad in haar greep. De jeugd heeft geen enkele binding met het verleden. Het heden, het nu en ik (eco) spelen de hoofdrol. De jeugd leeft op straat. Pop-up vintage, koffiehuizen en alternatieve vegetarische restaurants vormen de ingrediënten van hun leven.

Na de wandeling door Prenz Caverberg verplaatsen we ons naar Charlottenburg, driehoek Kürfusterdam, Kantostrasse, waar we bij de Dicke Wirtin een schnitzel, die over ons bord heen hangt, verorberen. Vandaar lopen we terug naar ons hotel, waar we nog een koffie drinken voordat we ons op onze kamer terugtrekken.

7 april 2016                                                                                                                                              Mitte

Gedenkstätte Berliner Mauer, een verstild gedenkteken van staal en beton, voor een muur, langs een min of meer toevallig na de bevrijding van het nazisme getrokken lijn, tussen de bevrijders uit het oosten en het westen. In het oosten maakte het nazisme plaats voor het arbeidersideaal, het communisme, dat door haar gebrek aan kleur, initiatief al bij start een vroege dood stierf. In het westen het kapitalisme, met haar zelfverafgoding en verrijking. Broedplaats voor witte boordencriminaliteit, een maatschappij opgebouwd door uitbuiting van haar werkers, dat desondanks nog steeds voortleeft.

Met gemengde gevoelens lopen we rond. Veel jeugd, die tekst en uitleg krijgt. Op hetzelfde moment wordt op diverse plaatsen elders in de wereld muren opgetrokken. Een muur bied je de kans het onbekende buiten te houden. Je bestaande normen en waarden, die je koestert, bij gebrek aan kennis van anderen, kan je behouden. De geschiedenis herhaalt zich. De mens kan de verleiding van geld niet weerstaan, zoals opnieuw blijkt uit de deze week gepubliceerde, zogenaamde Panama Papers. Rijken worden rijker door met hun soms door dubieuze praktijken verkregen geld, via slimme financiële constructies, postbussen, te vluchten naar belastingparadijzen. In de kapel ontsteken we een kaars. In de Dom, ruim 1 uur later, moeten we € 7,– p.p. betalen, om het huis van God te bezoeken, gerund door geestelijken die de verzoekingen van het vlees in de na-oorlogse jaren ook niet konden weerstaan. Ze vergrepen zich massaal aan jonge knapen. De dienaren van God bleken vals.

Van boven kun je de stad goed bekijken. Overal staan hijskranen. Berlijn is een bewoonde bouwput, haar prijs van de oorlog. De oorspronkelijk Duitser, de Pruis is verdrongen door 20-ers, 30-ers en 40-ers, die de wijken rond Mitte bevolken. Wereldburgers, die zich verbonden voelen aan hun stad maar minder aan het land en laat staan ras. In het oosten hebben ze het grijze stof, dat als een deken over de DDR (en andere Oost-Europese landen) hing, langzaam maar zeker van zich afgeschud. De wijken zijn populair. Veel gezinnen met jonge kinderen. Van de Gedenkstätte, via de Dom op het Museum Insell, bereiken we het Martin Gropius Bau met een tentoonstelling over Lee Miller, een fotografe die leefde in de vorige eeuw. Eén van de 3 tentoonstellingen in het Martin Gropius Bau, een soort kunsthal. Aangrijpend. Lee Miller is voor de tweede wereldoorlog een begenadigde fotografe, die zo gek op zichzelf was en vooruitstrevend voor die tijd, dat ze zich zelf naakt fotografeerde. Later werd ze modefotografe (Vogue) en nog veel later oorlogsfotografe. Ze legde de zelfmoord van SS kampofficieren en hun familie vast, fotografeerde overlevenden van de Holocaust en de aanvallen met napalm aan het einde van de 2e wereldoorlog van een Franse stad. Ze liet zich fotograferen in het bad van Hitler na zijn zelfmoord en in het bed van het liefje van Hitler, Eva Braun. Na de oorlog was ze psychisch een wrak. De beelden, die zij voor het nageslacht heeft vastgelegd en die regelmatig zijn gecensureerd, bleven haar achtervolgen. Ze vluchtte in de drank. Haar zelfportretten, haar foto’s van Griekenland, Roemenië en Egypte zijn van een onovertroffen schoonheid en staan in diep contrast met haar latere werk. Haar zenuwinzinking is op de tentoonstelling voelbaar. Van Marin Gropius Bau naar het Holocaust monument is een korte wandeling langs glas en beton.

Plots sta je tussen de betonnen zuilen. Verloren. Uit beeld. Grauw en grijs. De bezoekers spelen verstoppertje. Maar ontsnappen is onmogelijk. Aan de rand word je opgewacht. Daarbinnen word je voortdurend gecontroleerd. Je gangen zijn bekend. Er is niets. Geluid wordt gedempt. Vluchten is uitgesloten. Vanaf de Dom zie je de stad liggen. Je kan heel ver kijken, 360 ° rondom. Transparantie. Schijn of werkelijkheid? Politiek is vies, ook in Duitsland. Maar Merkel wordt meer en anders gecontroleerd dan Poetin en Erdogan, de spelers die thans het wereldnieuws bepalen. We bevinden ons in het centrum van de macht. Macht maakt geil. Macht doet erlangen naar meer. Macht kan je alleen beteugelen door ‘persvrijheid’. Ruimte voor kritiek, zelfspot, nuance. Daar ontbreekt het aan ins Rusland en Turkije. Onderschat het niet. Berlijn is daarvan het levende bewijs. De NSDAP duldde voor de oorlog geen kritiek. Criticasters werden gevangen gezet in kampen, zoals bij de watertoren, hartje Berlijn en nog steeds aanwezig. We hebben het zelf gezien.

8 april 2016                                                                                                                                             De musea en restjes

De muziek zwelt aan, het koor haalt uit, de pianist ranselt de toetsen, Seiji Ozawa, de kleine, broze, Japanse dirigent (ziek maar dat valt niet op) gaat volledig op in de muziek. Hij ment het orkest zoals Beethoven het had gewild.

 

Wat is kunst, wanneer is het kunst? Joseph Beuys verrast ons telkens met zijn ideeën daarover. In het oude Hamburger Bahnhof voorbeelden van wat je concept kunst noemt.

De mens denkt, de mens spreekt, de verbeelding van gedachte in woorden levert beelden op, die voor Joseph Beuys kunst zijn. In zijn projecten zoekt hij de grens op. Hij prikkelt de verbeelding. Hij symboliseert het beeld in staal, in zwarte krijtborden, of gestold, of nog beter te stollen vet, in de vorm van de ruimte die hij ergens in een vergeten plek heeft aangetroffen. Kunst is een verbeelding van een wereld zoals één individu dat ziet en waar anderen zich mogelijk in herkennen. Kunst is de kristallisatie van één (persoonlijk) moment. Interessant. De moeite waard om hier nog eens op terug te komen. Kunst is dus niet De Van Gogh of De Rembrandt, maar de gedachte die jij hebt als je Van Gogh of Rembrandt ziet en zou kunnen verstillen in een beeld, woord of woorden. Gelukkig zijn we net mensen en staan we met 2 benen op de grond en kopen we kleding in de proletarische musea.

9 april                                                                                                                                                       Kreuzberg

Het ontwerp van Daniel Libeskind, een Amerikaanse architect van Joodse afkomst, van de uitbreiding van het oude barokke gebouw nabij Hallesches Tor, van het Judisches Museum Berlin, verbeeldt de geschiedenis van een ras dat haar domicilie heeft in Palestina, maar dat uitgezworven is over heel de wereld en overal met vervolging is geconfronteerd. Je raakt binnen totaal gedesoriënteerd, zoals de Joden op de vlucht voor de nazi’s na 1933 zich verloren waanden in de landen waar ze zich vestigden en heden ten dage de Syriërs, gevlucht voor IS of Sadat, die als visquote verdeeld worden over Europa. Het museum heeft ook lege ruimtes die de leegte, die de Joden die op transport werden gezet achterlieten, symboliseert. Aan het eind een ruimte die naar de hemel reikt en waar helemaal bovenin daglicht toetreedt, met op de vloer 10.000 stalen gezichten van anoniem en zinloos gestorven Joden. De lege ruimtes en het kunstwerk deden mij op dat moment denken aan de Middellandse Zee met alleen de horizon, geen land in zicht en de anoniem verdronken bootvluchtelingen uit Syrië en Afrika. Zouden zij ook later een museum krijgen?

In het Judischen Museum Berlin is een tijdelijke tentoonstelling van werken van Boris Lurie, cosmopoliet en omstreden na-oorlogse Joodse beeldend kunstenaar. Boris Lurie zette zich af tegen het establishement. Hij shockeerde bewust. Hij worstelde met zijn afkomst, de geschiedenis van zijn ras. In zijn werk is de grens tussen goed en kwaad flinterdun en schuilt in ieder mens iets pervers, verdorrends, een verlangen te domineren dan wel naar lijdzaamheid. Een vat vol contrasten. Het museum staat in Kreuzberg, een wijk bewoond door turken, alternatieve jongeren, yuppen en krakers. Vlak bij het oude ziekenhuis Bethamin is een vrijstaat, met stadsnomaden. Ze wonen in tenten, oude bussen en verbouwde volkstuinhuisjes. Ook dit deel van de stad is verwaarloosd, geofferd aan graffity en bewoond door alternatievelingen die onbespoten groente en fruit kopen bij de Prinzessinnengarten, een stadsboerderij bij Moritzplatz.

Het leven speelt zich af in rommelige, vieze straten op terrassen van kroegen, eettentjes en koffiehuizen. De 2e taal in Berlijn is Engels. We zijn moe. Hebben lange wandelingen gemaakt. An slaapt slecht, ik maak teveel lawaai ’s nachts.

10 april 2016                                                                                                                                      Stasi Museum, Vlooienmarkt Boxhagenerplatz, Berliner Galerie (Bg) en Charlottenburg

Het is koud, druilerig weer. Uitgesproken weer voor het Stasi (Oostduitse politie) museum. Hoe het is te leven in een wereld waar je voortdurend achterom kijkt en je niemand kan vertrouwen. In een groot complex met 7000 kamers wordt het volk in de gaten gehouden. Bleven ze trouw aan de idealen van de arbeidersstaat, het communisme of lonkten ze naar het westen. Individualiteit, eigen initiatief, was ondenkbaar. Iedereen was bekend, beschreven en geclassificeerd. Als je mensen wil verwijderen (minder, minder ….) moet je ze registreren, volgen en veroordelen (zonder rechtspraak; Vrouwe Justitia verzet zich tegen elke veroordeling op grond van geloof of afkomst). Anders blijft het bij loze woorden. Je moet ze brandmerken, een ster geven, anders kan je meer en minder niet scheiden.

Het spettert nog steeds als we ons via de vlooienmarkt op de Bozhageneerplatz verplaatsen naar de Berliner Galerie. Mooi gebouw, goed overzicht van de Berlijnse kunst vanaf eind 19e eeuw tot de jaren 80 van de vorige eeuw. Jammer dat de huidige tijd ontbreekt. Mogelijk de meest interessantste.

Net als de geschiedenisles op de middelbare school die niet verder reikte tot aan de 2e wereldoorlog. Waarschijnlijk is het moeilijk de tijd waarin je leeft aan te duiden. Zoals het in het Stasi museum niet duidelijk wordt hoe het de hoofdpersonen van de Stasi na 1989 is vergaan. Vergeven, zoals Mandela deed in Zuid-Afrika of, verstopt en voortdurend leven met de angst dat het verleden toch opgerakeld wordt, dat onvermijdelijk is, tenzij je vergeeft. Morgen terug naar Schiedam. Drie keer was scheepsrecht. De eerste keer maakte de muur (Oost-Berlijn) een onvergetelijke indruk, de 2e keer de kunstschatten en nu de bevolking en haar handtekening op de stad.

Epiloog

Reizen en wandelen zijn onze passies. Passies die zich goed laten combineren. Als je loopt zie je niet alleen meer, maar ook je andere zintuigen, reuk en gehoor, tellen mee. Tijdens mijn 3e bezoek aan Berlijn maakten we dagelijks lange wandelingen. We proefden de sfeer die het huidige Berlijn kenmerkt. Berlijn is een metropool. Niet meer een typische Duitse stad. Het is een smeltkroes van rassen. Duits is de 2e taal.

De grensverleggers